Klaar om nog een paar stappen te maken

Aan tafel met zestienjarig Maas en Waals wielertalent Cas Krebbers

Het veldritseizoen zit er inmiddels op en het vizier is gericht op de zomer. De eerstejaars junior maakt zich klaar voor een seizoen op de weg. Zijn doel is om door zijn club geselecteerd te worden voor internationale wegwedstrijden van de UCI om daarna in de winter stappen vooruit te gaan maken in het veldritcircuit.

Als vierjarige was hij al op een fietsje te vinden bij de ‘oude oven’ in Deest. De eerste sport die hij echter ging doen, was voetbal. Dit deed hij op zijn zesde bij SCD. De wielrensport bleef trekken en op zijn zevende deed hij mee aan zijn eerste dikke bandenrace. Zijn opa Cees Ariëns was vroeger wielrenner. Hij ging vaak met de (klein)kinderen naar wedstrijden kijken. Hier moet het wielrenvirus bij Cas hebben toegeslagen.

Cas boekt de laatste jaren prima resultaten op de weg en in het veld. Het crossen tegen de winterse elementen lijkt hem het meest te trekken. Het liefste zou hij beide disciplines willen beoefenen. Zijn grote idool Mathieu van de Poel bewijst dat dit mogelijk is. 

Voor veel wedstrijden rijdt hij met zijn vader en opa, die altijd van de partij is, honderden kilometers. Vorig jaar heeft men diverse wedstrijden in Duitsland en natuurlijk in België, de bakermat van het wielrennen, gereden.

Het zou mooi zijn als hij volgende winter geselecteerd wordt voor het EK of WK veldrijden. Samen met zijn trainer werkt hij een uitgekiend programma uit, waarin hij nog stappen kan maken om fysiek te verbeteren. Naast slagen in het veld lijkt het hem ook mooi om een bekend wielrenner op de weg te worden. Met zijn lichaamsbouw lijkt hij een man voor de Vlaamse klassiekers of voor Parijs-Roubaix. Zijn grootste droom: ‘Meedoen aan een WK of de Olympische spelen, hoe mooi zou het zijn om daar ooit aan de start te staan’.

Voorlopig gaat hij op zijn Gazelle (zonder accu) iedere dag naar de Pax en traint hij dagelijks op de weg of de rollerbank. De komende jaren zullen uitwijzen welke stappen hij kan maken. Wordt het een studie sportkunde of een carrière in het wielrennen?

Door René den Biesen