Schâtse

Net voor oud en nieuw zag ik voor het eerst sinds 25 jaar meer dan drie minuten schaatsen op de televisie. Toen ik klein was keken we bij ons thuis altijd schaatsen. Dat deden we onder het genot van warme chocolademelk en door een door oma gebreide kabeltrui aan te trekken. In diezelfde tijd luisterde je aandachtig naar Mr. Kabeltrui, alias Mart Smeets. Toen ik dit keer naar het NK Sprint zat te kijken zat daar geen Mart meer, maar een soort Jan de Hoop-lookalike.

Het viel mij op dat Thialf helemaal vol zat. Gelukkig niet met schaatshooligans, maar met hyper enthousiaste veelal 50-plussers met een Unoxmuts. Er waren een aantal fans die bedacht hadden dat het handig zou zijn om een Nederlandse vlag mee te nemen. Het is hartstikke sportief om álle Nederlandse schaatsers aan te moedigen en op deze neutrale wijze support uit te spreken, maar misschien had ik de ware betekenis niet juist begrepen. Het is immers het Nederlands Kampioenschap Sprint, met andere woorden, waarom zou je überhaupt een vlag meenemen en dan ook nog een Nederlandse? Terwijl de volgende twee sprintkanonnen zich klaarzetten hoorde ik de man met ‘de gun’ zeggen: “Go to the start”. Het NK Sprint, maar dat zinnetje moest in het Engels. Wat is er mis met: “Deelnemers op uw plaatsen alstublieft”?
Twee commentatoren van dienst deden tijdens de wedstrijden hun best om zoveel mogelijk oneliners in 1.000 meter schaatsen erop los te laten. Een korte selectie; “Een tijd waarmee je kunt thuiskomen”, “En weg zijn ze, en ook het publiek heeft dat in de gaten”, maar ook “Hij vergaloppeert zich rijkelijk”. Na de race was er ook nog tijd voor maar liefst twee analisten om hun bevindingen erop los te laten. Ook tijdens de herhaling en na-na-na-analyse, reed er die avond helaas niemand in een wak. Ik kijk liever curling de volgende keer.