José Cobussen.
José Cobussen. Foto: Maik Jansen

Door Ton van Hulst

In de rubriek 'de Maas & Waler dat ben ik' maken we wekelijks kennis met een inwoner van deze regio. Wie zijn ze, wat doen ze en waarom wonen ze hier. Maar ook, wat zouden ze graag toevoegen aan de regio? En aan welke plek hebben zij bijzondere herinneringen? Het resultaat, bijzondere portretten van gewone mensen met een eigen verhaal.


Naam:                José Cobussen
Woonplaats:        Wamel
Leeftijd:                52 jaar

'Ik ben geboren in Boven-Leeuwen', zegt ze, 'en vertrok op mijn zevenentwintigste naar Beneden-Leeuwen. Uiteindelijk kwam ik in 2001 in het mooie dorpje Wamel terecht. Ik betrok er een fraai appartement waar ik mij niet alleen hoef te voelen. Een zus en broer en mijn beste vriendinnen wonen ook in Wamel. Mijn broers pasten mijn woning keurig aan voor mij, zodat ik eventueel met rolstoel overal gemakkelijk kon komen. Helaas kan ik nu niet meer lopen, maar dat is niet altijd zo geweest. Tot 2006 ging dat nog wel. Door zuurstofgebrek tijdens mijn geboorte ben ik geboren met spasmeproblemen. Maar toch heb ik altijd alles helemaal zelf gedaan. Ik heb vroeger zelfs geskied, nota bene op de moeilijke Zwarte Piste. We gingen er heen met een speciale reis voor gehandicapten. In 2006 kwam ik in het ziekenhuis terecht, waarna ik opgenomen werd in het verpleeghuis. Daar verbleef ik gedurende zeven en een half jaar op de jongerenafdeling.'

Geen beperking

Het verhaal van José is een duidelijke roep om erkenning. Erkenning van het feit dat ze een gewoon, normaal iemand is. 'Ik ben geen ziektebeeld uit een boekje, ik ben een mens, die net als alle anderen lacht en huilt als uiting van mijn mens-zijn. Ik ben José en heb een beperking, maar ik ben geen beperking. Wat zou het mooi zijn als er anders naar mensen met een beperking zou worden gekeken: niet als iemand waarbij alles terug te voeren is op zijn of haar ziekte, maar als iemand die toevallig in een rolstoel zit. Als je lacht of huilt komt dat zogenaamd door je ziekte, en niet door je emotie op dat moment.' Het doet José pijn dat ze niet altijd als volwaardig wordt gezien.

Gelukkig kan ze haar werk bij De Waal Autogroep volkomen normaal uitvoeren. 'Daar begrijpen ze wat mijn kwaliteiten zijn en wordt er niet naar mijn beperking gekeken. Ik voel me daardoor volwaardig lid van de maatschappij. Met mijn hersens en mijn linkerhand kan ik prima functioneren, bijvoorbeeld ook in mijn administratieve vrijwilligersfunctie bij Adrie's Dijkenloop.'

José vond dat er in het verpleeghuis van alles van haar werd afgenomen. Ze hoefde niet meer zelf na te denken, want als andere bewoners iets niet konden werd van haar hetzelfde verwacht. 'Ik stuurde eens een mailtje met het verzoek een band van mijn rolstoel te laten repareren, maar dat mocht niet, want de andere bewoners konden dat ook niet, werd er gezegd. De verpleging moest die band dan maar regelen. Maar die hadden daar ook niet altijd tijd voor. Je snapt wel dat ik mij volkomen uitgerangeerd voelde. De communicatie daar was eenrichtingsverkeer, zeg maar: niet bestaand, ook al spraken we Nederlands met elkaar. Moet je nagaan, nu heb ik een zorg au-pair uit Roemenië, met wie ik Engels spreek. Met haar kan ik communiceren.'

Wilskracht

José is nog iedere dag blij dat ze weer zelfstandig woont. De gemeente, die goed in de gaten heeft dat ze een vechter is, werkt prima mee en ze kan rekenen op de hulp van goede buren en mantelzorgers. 'Rondom mijn thuiskomst in 2014 heb ik toen trouwens alles zelf geregeld. In het verpleeghuis wilden ze niet zien dat ik dat uitstekend kon. De toenmalige directeur zag de problemen, maar kreeg het personeel niet op de trein. De huidige directeur (2017) geloofde mij en begreep de situatie, maar hij werkt daar nu niet meer.' Uit alles wat José zegt spreken een sterke wilskracht en een vurige strijdlust, onmiskenbaar gevoed door jarenlange traumatische ervaringen. Op haar shirt staat: Believe in myself. 'Ik wilde vaak alleen maar presteren en erkenning krijgen als volwaardig mens met een eigen persoonlijkheid en met eigen emoties. Eindelijk, eindelijk ben ik weer de baas over mijn eigen leven. Binnenkort ga ik lekker samen met een vriendin naar Preston Palace'.

Ons kent ons

Wamel is volgens José een dorp van 'ons kent ons'. 'Wat ik heel fijn vind, is dat er hier een groepje enthousiaste jonge mannen (BSV) is die van alles organiseren, voor jong en oud. Iedereen telt hier gewoon mee, je wordt beslist niet uitgesloten. Boodschappen doen is voor mij niet altijd gemakkelijk, maar dat wordt dan gedaan door cliënten van het RIBW. Ja, dat is Wamel. 'Dat kan in Wamel', hoor je vaak'.