Wolkers

Toen Jan Wolkers tien jaar geleden dood ging heb ik de volgende dag alle kranten gekocht die ik te pakken kon krijgen.

Het was verbluffend te zien hoe verschillend de dagbladen het aanpakten, maar de markante schrijver/kunstenaar stond op alle voorpagina's. Die kranten liggen nu al tien jaar in een doos stof te vergaren.

Ik bewonderde Wolkers. Hij opende mijn ogen, hij liet me zien hoe je met zinnen kon toveren. Al jong las ik zijn eerste vier, vijf romans. Ze zitten in mijn hoofd, niet woord voor woord, wel de gevoelens die ze opwekten.

De ontroering, de walging, de vertedering.

In de boeken werd onverbloemd over seks geschreven. Niet dat me dat ontging, maar ik was daar blijkbaar nog niet aan toe.
Mijn oudere broer praatte samenzweerderig met me over de schuttingtaal en de expliciete vrijscènes. Mijn ouders verketterden de romans en voorspelden dat die smeerlapperij en de schepper ervan voor eeuwig zouden branden in de hel. Terwijl in mijn ogen alle smeerlapperij hier op aarde al werd bestraft. Zeker in de romans van Wolkers. Met Turks Fruit, snoep waarvan je tanden gaan rotten, als ultiem bewijs. Bij vrouwen die teveel ongebreidelde seks hadden, moest via een luikje in het hoofd een dodelijk gezwel worden verwijderd.

Kan het duidelijker?

Mij ging het om het genie en de taal, niet om genitaal. Als Wolkers beschreef hoe een uitgetrokken damesslipje als 'een verlepte bloem' op een wreef hing, zag ik dat beeld onmiddellijk voor me. Zijn metaforen openden voor mij de wereld van de beeldspraak: zo kun je dus ook schrijven!

Later, na De Walgvogel, was de betovering wel voorbij. Zoals bij alle helden, of ze nu boeken schrijven of muziek maken, daalde ook bij Wolkers het peil van zijn oeuvre langzaam richting graf. Of lag dat aan mij? Was ik verwend door de honderden andere boeken die ik las, die beter zijn? Veel beter.

Nu lees ik de biografie van de man die mij heeft leren lezen, misschien zelfs heeft leren schrijven. De rauwe werkelijkheid maakt scheuren in zijn sokkel, maar Wolkers wankelt niet. Hij blijft mijn held.

Van toen.