Thé Pekel
Thé Pekel Foto: John van Gelder

Door Addy de Meij

In de rubriek 'de Maas & Waler dat ben ik' maken we wekelijks kennis met een inwoner van deze regio. Wie zijn ze, wat doen ze en waarom wonen ze hier. Maar ook, wat zouden ze graag toevoegen aan de regio? En aan welke plek hebben zij bijzondere herinneringen? Het resultaat, bijzondere portretten van gewone mensen met een eigen verhaal.

Naam:                Thé Pekel
Leeftijd:                71 jaar
Woonplaats:        Bergharen

'Ja, ik ben een echte, een echte Bergharenaar, geboren en getogen,' zegt Thé Pekel, 'en daarmee een echte Maas en Waler.' Thé is geboren in Bergharen, op een boerderij aan de Aaldert. De oudste van acht kinderen. Nadat vader op 50-jarige leeftijd overleed, nam de op een na oudste zoon de boerderij over en Thé ging uit werken, want er moest toch brood op de plank. 'En ik werkte overal', zegt Thé. 'Als ik ergens anders 25 gulden meer kon verdienen, dan maakte ik de overstap meteen. In die tijd, de jaren zestig, was er werk in overvloed.'

Dansen
Op zondag werd er niet gewerkt, maar gedanst. Om de veertien dagen ging Thé uit dansen in het Bergharense dorpshuis en daar ontmoette hij Ria, zijn latere vrouw. Ria kwam uit Wijchen en was door haar vriendin uitgenodigd om te komen swingen in Bergharen. Thé was een fervente danser, en ook Ria kon goed dansen, dus dat waren mooie tijden. Ria had het dansen thuis geleerd, ze waren met negen kinderen, die samen oefenden. Het was een tijd waar Thé en Ria met plezier aan terugdenken, getuige de pretogen. En om het af te maken: ze wonen nu op historische grond, in het appartementencomplex waar vroeger het dorpshuis stond, Zandborg.

Boerenbond
In de jaren tachtig begon Thé een SRV-wagen, een rijdende kruidenierswinkel, waarmee hij door Maas en Waal toerde, samen met Ria. De ervaring van Ria kwam goed te pas, ze werkte voor haar huwelijk in kruidenierswinkels in Nijmegen en Wijchen. Toen de kinderen kwamen wijdde Ria zich aan het gezin en Thé ging aan de slag in de Boerenbondwinkel in Bergharen. 'Zo was het nu eenmaal vroeger', zegt Thé, 'moeder de vrouw bestierde het huishouden en de man ging de deur uit om geld te verdienen.'

Thé zou ook nu nog geen eitje durven bakken, 'ik laat water nog aanbranden'. Hij werkte zich bij de Boerenbond op als bedrijfsleider. 'Ik moest een hoop weten', vertelt hij. 'Kennis over de zaden, bestrijdingsmiddelen…' Hij was leergierig en dat resulteerde er in dat hij een agrarische opleiding erbij pakte, en vervolgens nog een managers- en een ondernemersdiploma behaalde.

Maatschappelijk actief
Ook maatschappelijk was en is Thé actief: Tien jaar voor het CDA in de gemeenteraad van Wijchen, vierenveertig jaar bij de carnavalsvereniging en vijftien jaar bij het Oranjecomité. Hij ontving een zilveren speld vanwege zijn veertigjarige betrokkenheid bij voetbalvereniging Uni, was buutredener en daarnaast vijftien jaar lid (waarvan zes jaar secretaris) bij de hartpatiëntenvereniging van D'n Dulper in Boven-Leeuwen. Aan die laatste activiteit lag een ernstige hartkwaal ten grondslag, die zich openbaarde toen Thé 50 jaar werd. Dat voelde emotioneel, ook omdat zijn vader op 50-jarige leeftijd was gestorven. Na een aantal operaties vertelde de chirurg dat hij weer een hele tijd mee zou kunnen, maar dat hij wel moest stoppen met werken. Zo kwam hij in de WAO terecht, een nieuwe fase in zijn leven.

Het is een periode die ook weer goed gevuld is. 'Ik doe veel in en rond de kerk, vooral op de Kapelberg ben ik regelmatig te vinden. Ik ben penningmeester en coördinator, bij huwelijken, dopen, al wat er geregeld moet worden coördineer ik. En ik zorg voor de Kaarsenkapel. Zo kan ik toch nog een beetje mijn ei kwijt', aldus Thé.
Trots
'We doen de boodschappen in Bergharen, bij de SPAR, die door mijn zoon wordt gerund. Ik heb twee zoons. En…', hier grijpt Ria in: 'wé hebben twee zoons.' Zo, die zit, Thé laat het zich goedmoedig aanleunen, ze hebben er allebei plezier om. En ze zijn trots op hun zoons: de ene heeft de SPAR onder zijn hoede en de andere is eigenaar van een bouwbedrijf.

'Ik ben ook nog melkboer geweest, met flessen, in Wijchen', mijmert Thé. 'En eind jaren zestig ook nog vrachtwagenchauffeur, bier en grindtegels vervoerd.' Ja, Thé is inderdaad een echte Maas en Waler. 'Als ik naar de Kapelberg fiets, kan ik de hele weg wel mijn hand omhoog houden om te groeten.'