Glazen Bol
Beuningen en Druten worstelen met de detailhandel. In Beuningen ruziën ze vrolijk verder over wel of geen Van Cranenbroek en de leegstand in het centrum. In Druten speelt het idee van de samenwerkende dorpslijsten voor detailhandel buiten het centrum.
In beide gevallen hoor je politici praten over ondernemen. Dat is toch een beetje als een Engels sprekende Duitser: het klinkt nergens naar. In Beuningen werd vorige week een detailhandelsvisie vastgesteld. Daarbij was een groot struikelblok Van Cranenbroek, zeker als je alle rampscenario's gelooft die het CDA presenteerde. In het grimmigste geval bestaat winkelen in Beuningen straks uit vier supermarkten in een verder uitgestorven dorpshart.
Uiteindelijk moest woordvoerder Pim van Teffelen toegeven dat hij "ook geen glazen bol had" en dat vond ik prettig. Je moet er toch niet aan denken dat hij zou handelen op basis van ontoetsbaar inzicht "van boven".
In Druten speelt het punt dat de samenwerkende dorpslijsten graag meer detailhandel buiten het centrum willen toestaan. Tikje onhandig, omdat het huidige centrum al behoorlijk wat leegstand kent. Maar er moeten nog meer supermarkten bij en andere grote zaken. Dus als Van Cranenbroek het niet redt in Beuningen...
En da's koren op de molen van bepaalde Beuningse ondernemers. De eigenaar van Het Kadopaleis dreigde zijn zaak te sluiten als Van Cranenbroek zich toch binnen de gemeentegrenzen vestigt. Wie is daar bij gebaat en hoeveel ondernemers werken er eigenlijk samen om elkaar te versterken? En denken ondernemers mee in het binnenhalen van nieuwe collega's?
BN&M deed in Beuningen een zeer prijzenswaardige oproep om zeker met de komende feestdagen lokaal te shoppen en niet het internet af te struinen naar de laagste prijs. Ik ben ervan overtuigd dat mensen dat willen doen. Maar zorg dat ze daar dan ook een reden voor hebben. Het Kadopaleis heeft niet eens een webshop, dus dreig niet met sluiting maar biedt iets extra's. Wat nog meer? U als ondernemer verzint vast iets fantastisch. Een advies: vraag het niet aan lokale politici.
Dhr. E. van Wijk