Zonnepark in aanbouw (2021).
Zonnepark in aanbouw (2021). Foto: John van Gelder

Zonnepanelen vullen fonds Deest

Algemeen

DEEST - Zonnepanelen zijn rare dingen. De een ziet er vervuiling van de omgeving in, de ander vóelt bij wijze van spreken de energie die de zon via de panelen brengt, maar woont wellicht ook ergens anders.

Waar de meesten het over eens zijn is dat de transitie, overgang, van fossiele brandstoffen naar ‘schonere’ energie nodig is. In Deest wordt daaraan een grote bijdrage geleverd, op internet staan trotse woorden over het op een na grootste ‘veld’ (na China). In het dorp is niet iedereen blij, en dat heeft mede te maken met de geschiedenis.

Hans Peperkamp, bestuurslid van Bewust Deest: ‘Een van de eerste ontzandingsprojecten in Deest was de Ganzenkuil, een recreatiegebied dat eind jaren zeventig is opgeleverd. Na de oplevering konden de Deestenaren daar een paar jaar gebruik van maken, maar er stond al vrij snel een hek omheen. De renovatie van de wijk Wilgenland en de nieuwbouw in de Gaarden heeft veel te lang geduurd. Dit heeft grote invloed gehad op de verenigingen en de vergrijzing in Deest. Dat geeft niet zoveel vertrouwen natuurlijk.’

Omgevingsfonds
Nochtans zet hij zich nu met Bewust Deest in voor de afwikkeling van het zogeheten Omgevingsfonds. Want de komst van de zesduizend zonnepanelen in wat eens een recreatieplas voor Deestenaren zou worden, moet toch iets goeds kunnen betekenen voor de gemeenschap.
In het kort komt het erop neer dat met de aanleg van de zonnepanelen een fonds wordt opgericht. Pieter Siekman, namens de gemeente Druten bij het project betrokken, wil het geen ‘compensatie’ noemen. Het gaat erom dat de omgeving meeprofiteert.

Ontwikkelaar GroenLeven had een miljoen euro over voor het fonds. Daarvan is de helft voor de pachter, natuurfonds SBNL, en de helft voor de gemeente. Daar weer 240.000 euro van komt in het Omgevingsfonds Deest.

Dubbelfunctie
Frank Oomen, strategisch adviseur van GroenLeven, relativeert de tegenstand tegen de panelen op de meertjes: ‘Je hoort nog weleens dat al die panelen op de daken moeten, maar die zijn niet altijd geschikt. Belangrijk is dat het fonds snel beschikbaar komt, zodat mensen ook weten waar het vandaan komt.’ Met Siekman ziet hij de dubbelfunctie van het meer. Siekman: ‘Het diepe gedeelte heeft qua natuurwaarden niet zoveel te bieden. Het gaat meer om de randen.’

Bijzonder is dat de panelen op de Uivermeertjes nog steeds wachten op het afronden van de bezwarenprocedure. Om subsidie te kunnen incasseren nam GroenLeven het risico en begon al met de aanleg. Aan de andere kant is het eerste voordeel voor Deest ook al binnen: zonnepanelen op het dak van ‘t Trefpunt. De twee wethouders nauw betrokken bij het project, André Springveld en Willy Brink, zien de ontwikkelingen met vertrouwen tegemoet.

Het lag voor de hand, stelt Peperkamp, om mee te liften met de grote partij panelen voor de meertjes. Wat de gevolgen straks zijn als de bezwarenprocedure negatief uitpakt voor het panelenmeer is de grote vraag. De panelen liggen al op het water en het dak van het dorpshuis. Een dorpshuis dat bovendien ván de verenigingen is.

Een weg terug is daarmee een lastige opgave geworden. Peperkamp vindt een goede reden om er nu zoveel mogelijk voor Deest uit te halen. ‘We gaan het geld dat in het Omgevingsfonds wordt gestort goed gebruiken. Wie een duurzaam project heeft en ook zelf daar mee aan de slag gaat kunnen we op deze manier verder helpen.’

Door Gerrit Jan Riedstra