Marieke Gijsbers, blij met de rust in Afferden.
Marieke Gijsbers, blij met de rust in Afferden. Foto: Maik Jansen

De Maas&Waler dat ben ik: Marieke Gijsbers

Mens De Maas&Waler dat ben ik

In de rubriek ‘de Maas & Waler dat ben ik’ maken we kennis met inwoners van deze regio. Wie zijn ze, wat doen ze en waarom wonen ze hier? Het resultaat, een inkijkje in het leven van, al dan niet geboren en getogen, Maas en Walers, geïllustreerd met een karakteristiek portret.

Naam: Marieke Gijsbers
Leeftijd: 42 jaar
Woonplaats: Afferden

‘Hier ben ik geboren, in mijn ouderlijk huis, met veel groen en aardig wat ruimte eromheen, gelegen buiten de dorpskern en op een goede afstand van de buren. We hebben het een aantal jaren geleden van mijn ouders overgenomen, en ik vind het fijn hier. Hoewel ik zo rond mijn zestiende wel het idee had van: ik wil hier weg, het is me hier te saai in het kleine Afferden.’

Mantelzorg
‘Gedurende een paar jaar ben ik mantelzorger voor mijn vader geweest. Een deel van mijn ervaring als verpleegkundige op de kinderafdeling van het Radboudumc kon ik hier goed voor gebruiken. De mantelzorg was enorm waardevol om te kunnen geven maar soms ook behoorlijk zwaar. Wat dat betreft voelde het niet veel anders aan dan mijn werk voor het Kinder Comfort Team, waar ik kinderen met een beperkte levensverwachting begeleid. Ik ervaar het serieus als heftig, pittig, maar toch is het voor mij de mooiste baan ter wereld.’

Gedreven
Aan haar hele uitdrukking en manier van praten kun je zien dat Marieke gedreven is. Ze vindt werken met deze doodzieke kinderen prachtig, omdat ze eerlijk en oprecht zijn en op een bijzondere manier met hun ziek zijn omgaan. ‘Met kleine dingen al kun je een wezenlijk verschil maken. Dat probeer ik ook steeds mijn leerlingen bij te brengen. Als moeder van twee dochters begrijp ik maar al te goed hoe vreselijk het is voor ouders als die een kind verliezen. Na een zware dag neem ik mijn werk wel mee naar huis, dat wel, maar goede gesprekken met mijn man zorgen ervoor dat ik alles toch weer los kan laten.’ Nou ja, niet helemaal, lijkt het. In de kamer staan kaarsjes te branden bij kaartjes van kinderen die er niet meer zijn.

Prijs
Onlangs ontving ze een prestigieuze prijs: ze werd gekozen tot de beste kinderverpleegkundige van Nederland. ‘Ik werk vanuit mijn hart, en hoor regelmatig dat ouders blij zijn met mijn expertise en betrokkenheid. Ik kreeg de prijs voor Family Integrated Care. Mégatrots ben ik, het voelt werkelijk super, maar dan súúúper met drie u’s, hoewel ik eigenlijk liever niet zo in de picture sta. Trots ben ik ook, en vereerd, dat ik in het Radboudumc naast mijn rol als kinderverpleegkundige ook voor het Kinder Comfort Team mag werken!’

Warm gezin
Marieke vertelt dat ze dit allemaal vol kan houden dankzij haar gezin. Ze is een moeder-moeder, zoals ze het noemt. ‘Ik kook graag voor ons vieren en stimuleer de meiden. Ik wil er echt zijn voor die twee, die over een paar jaar volwassen zijn en nu veel tijd aan hun paarden besteden. Mede daarom ben ik lid van het bestuur van de rijvereniging. Vroeger deed ik zelf veel aan paardrijden, maar het komt er nu niet meer zo vaak van. Heel af en toe vind ik nog wel eens een uurtje om mij te ontspannen. Dan doe ik wat rustgevende yoga-oefeningen. Daarvoor ga ik graag naar het cultuurkerkje in Winssen, en kom ik geestelijk helemaal opgefrist weer thuis.

Altijd druk
‘Ik kan gerust zeggen dat we echt een warm gezin zijn, en daardoor kan ik mijn hoofd leegmaken hier in en rond het huis en met de hond en de paarden. Hier voel ik mij gelukkig. Doordat het hier thuis goed gaat kan ik de problemen en emoties die ik in mijn moeilijke baan tegenkom wel aan. In feite ben ik van mezelf vrij druk hoor. Ik heb weliswaar de balans in mijzelf gevonden, maar moet er wel op letten, er moeite voor doen. Het komt niet zomaar vanzelf, zeker niet. Ik ben altijd druk, altijd wel met iets bezig.’

‘Afferden is voor mij een thuis, zoals het altijd al geweest is. Toegegeven, ik heb er niet helemaal altijd gewoond, ik ben ook wel eens even weg geweest. Ik ben blij dat het hier nog een echt dorp is. Daarom zou ik liever geen nieuwe woonwijken zien verrijzen. Ja weet je, al die mensen en al die geluiden die je dan hoort, ik ben bang dat de rust dan verdwijnt. Ik ken genoeg voorbeelden van kennissen die altijd hun buren horen. Nou, dat is dus niks voor mij. Ik vind dat echt vreselijk. Nee, een dorp moet gewoon een dorp blijven, hoewel ik goed snap dat er woningnood is. Maar goed dat er hier geen station in de directe omgeving is, dat zou veel gedoe met zich meebrengen, vrees ik.’

Door Ton van Hulst