Jo de Leeuw.
Jo de Leeuw. Foto: Maik Jansen

De Maas & Waler dat ben ik: Jo de Leeuw

Mens De Maas&Waler dat ben ik

In de rubriek 'de Maas & Waler dat ben ik' maken we wekelijks kennis met een inwoner van deze regio. Wie zijn ze, wat doen ze en waarom wonen ze hier. Maar ook, wat zouden ze graag toevoegen aan de regio? En aan welke plek hebben zij bijzondere herinneringen? Het resultaat, bijzondere portretten van gewone mensen met een eigen verhaal.


Naam:                Jo de Leeuw
Leeftijd:                67 jaar
Woonplaats:        Maasbommel

'Nadat ik in de meubelindustrie had gewerkt, als gezel, kwam ik in Batenburg terecht als assistent-beheerder van het dorpshuis. Op mijn eerste werkdag, onmiddellijk na de Carnaval, mocht ik meteen beginnen met het opruimen van de enorme troep. 'Ja, dat hoort er ook bij', werd er gezegd, 'dan weet je dat ook meteen'. Later, toen ze in Batenburg een conciërge zochten voor de school heb ik die baan aangenomen. Na ongeveer vijf, zes jaar werd er een beheerder gevraagd voor het dorpshuis in Maasbommel. Nou, dat was voor mij als echte Maasbommelnaar wel iets. Hoewel: mijn vader zei: 'Dat moet je niet doen, want dan ben je nooit thuis'. Hij had gelijk, maar mijn vrouw heeft er nooit een punt van gemaakt, en onze vijf kinderen zijn nooit iets tekort gekomen.'

Jo begint al te vertellen, terwijl hij in de hal van het nu lege dorpshuis met een enigszins weemoedige blik een container met honderden notitieblokjes doorspit. Zeker een halve kuub papier. 'Ja, allemaal aantekeningen en afspraken van de afgelopen dertig jaar. Ik zou er een boek over kunnen schrijven. Over de vele malen bijvoorbeeld dat mensen met een slokje te veel rechtstreeks de heg inreden, of over die keer dat ik na een carnavalsavond aan het opruimen was. Ik was ontzettend moe, en ging even liggen tussen wat spullen. Pas veel later vond mijn broer mij, ik had de hele tijd liggen slapen. Tegenwoordig gaat dat opruimen en schoonmaken veel gemakkelijker dan vroeger. Ik herinner mij ook nog dat we vaak glazen van achter de radiatoren moesten uitpeuteren, met een bezemsteel konden we er dan net bij.'

Misdienaar en kerk

Naast zijn werk in het dorpshuis is Jo jarenlang bij de kerk betrokken geweest. Eerst als misdienaar, in de tijd dat dat van huis uit nog sterk gestimuleerd werd. 'Al mijn broers waren ook misdienaar. Spelenderwijs leerden we veel Latijnse zinnetjes: Dominus vobiscum – et cum spirito tuo, je kent dat wel. Vergeet ik nooit meer. We moesten vrij vaak oefenen, en dan waren er altijd jongens bij die met knikkers speelden. Die rolden zo lekker over die gladde harde kerkvloer. 'Wat hoor ik daar toch allemaal?' vroeg de pastoor dan geïrriteerd, als die glazen stuiters over de plavuizen kletterden. 'O, niks meneer pastoor, dat zal wel iets van buiten zijn.' Wij lachen natuurlijk… Als we eenmaal per jaar een misdienaarsreisje hadden, mochten we op de fiets ergens naartoe, maar de pastoor tufte er comfortabel met de auto heen. Tja, er is heel veel veranderd in de kerk. Ik kan me niet goed meer herinneren hoe het gebouw er uitzag voor de beruchte beeldenstorm van de jaren zestig, maar het was allemaal veel mooier. Het is nu een stuk kaler en leger. Op een bepaald moment werd er naast de kerk iets gedaan aan de bestrating, en bleek het Heilig Hartbeeld in twee stukken onder de grond te liggen. De monumentenman die kwam kijken zei helaas dat het beeld niet meer te redden was. Jammer.'

Jo is lid van de Locatieraad Maasbommel, waarin hij als voorzitter samenwerkt met andere parochies in de regio. Belangrijke zaken worden teruggekoppeld naar het 'grote' bestuur. 'Er komt nu een nieuwe pastoor, en ik verwacht wel dat de Lambertuskerk voorlopig open blijft.'

Kindervakantieweek

Verder is Jo vanaf de oprichting in 1977 zeer actief betrokken geweest bij Kindervakantiewerk Maasbommel, veertig jaar als bestuurslid en de laatste jaren meer achter de schermen. 'Dingen loslaten is niet altijd gemakkelijk', verzucht Jo, terwijl hij nog eens rondkijkt door het lege oude dorpshuis.

Zorg

De zorg in Maasbommel vindt hij niet optimaal. 'Nu ik wat ouder word, kom ik steeds meer in aanraking met mensen die zorg nodig hebben. Het is niet erg fraai te zien dat mensen die hun hele leven hard gewerkt hebben hier bijna niet meer aan goede zorg kunnen komen.'

Vrije tijd

Nu hij meer vrije tijd heeft, krijgt Jo zeer vaak de vraag: 'En wat ga je nu doen?' Verschillende verenigingen zouden hem graag willen strikken voor een klusje, maar vooralsnog gaat hij eerst eens leuke dingen voor zichzelf doen: veel fietsen, de tuin in om voor zijn vogels te zorgen, en waarschijnlijk ook nog wat vaker naar Oostenrijk, waar hij samen met zijn vrouw van de muziek wil gaan genieten.

Door Ton van Hulst