Babbels: Bitter bal

Column Column Babbels

Het was de week van de nieuwjaarsrecepties. In Druten en Beuningen tenminste, in West Maas en Waal doen ze niet aan die traditie. Als je zo hard probeert de tijd stil te laten staan, is een nieuwjaarsreceptie alleen maar lastig.

Na jaren organiseerde de gemeente Druten haar receptie weer eens samen met ondernemers. Iedereen kwam af op het gemoedelijke gemeenschapshuis De Horst in Horssen, waar bij binnenkomst het koor al het wonderschone Eres Tu ten gehore bracht. Burgemeester Corry van Rhee-Oud Ammerveld en de voorzitter van de ondernemersvereniging trakteerden op oerdegelijke nieuwjaarstoespraken. Er was ook een dansoptreden, er was drank en er waren hapjes inclusief de onvermijdelijke bitterballen. Alles wat je verwacht bij een echte ouderwetse nieuwjaarsreceptie.

Bitterballen waren er ook in Beuningen, maar daar houdt de vergelijking ook wel op. De receptie werd wederom gehouden in de hal van dat immergeile gemeentehuis. Wie meent toch dat dit ieder jaar nodig is? Deze hal is ongezellig én onhandig ingericht voor dit soort festiviteiten.

Waarom niet zoals in Druten een rondgang langs de kernen? Waarom moeten we toostend het nieuwe jaar in naast de burgerzakenbalie en de beurtbonnetjesautomaat? Waar is die treurigheid voor je netvlies nou toch goed voor?

En dan de nieuwjaarstoespraak van burgemeester Bergman. Sowieso stond ze vanwege de schamele verlichting jammerlijk in het donker te speechen. Maar die inhoud! Zo'n speech is doorgaans hét moment om terug te blikken en vooruit te kijken. Daphne leek 2019 echter zo snel mogelijk te willen vergeten. Ze keek enkel naar de toekomst en liet haar praatje keer op keer lelijk onderbreken door nietszeggende filmpjes.

Eén zin viel toch op in Bergmans' speech: 'In Beuningen kijken we naar elkaar om, zetten we er de schouders onder.'

Ik keek naar mijn buurman de beurtbonnetjesautomaat en vroeg: 'Zouden de bewoners van De Groene Heuvels, die momenteel met uitzetting bedreigd worden, dat ook zo voelen?' Het antwoord liet op zich wachten.

Door Patrick Huisman