Bas van der Hoeven
Bas van der Hoeven Foto: Bas van der Hoeven

Column: Wonderen

Column

Vroeger had je nog wonderen.

Een zwaar overspannen zus van de buurvrouw ging naar Lourdes en kwam een week later als herboren terug. Haar dominante vader kennende, begrepen we dat enigszins. Maar mijn moeder hield het op een wonder. Tot bleek dat de herwonnen levenskracht vooral te danken was aan de hand- en spandiensten van de meegereisde kapelaan. Die verruilde enkele maanden later zijn boordje voor een knellende huwelijksband. Wat was buurvrouws zus blij. Met bijbelse regelmaat baarde ze jaarlijks een kind.

Lang dacht ik dat je Gods zegen kon afdwingen met bidden. Urenlang lag ik met een rozenkrans voor de divan. Zodat het reliëf van de kokosmat diep in mijn knietjes drong. Het opperwezen zweeg. In alle talen, dat wel.

De vader van een vriendje pakte het beter aan. Hij gooide iedere zondag met een breed gebaar een briefje van 25 gulden op de collecteschaal en reed in een Mercedes. Mijn vader doneerde wekelijks een stuiver aan de collectant en had een oude Opel die we elke zondag moesten aanduwen. Gelukkig waren we met negen kinderen. Soms moesten we het wrak tot op het kerkplein duwen.

De rijken in het dorp hadden ook een eigen kerkbank. Vooraan. Als wij vlak voor de nachtmis al drie kwartier zaten te kleumen, kwamen de notabelen de kerk pas binnenschrijden en zaten toch eerste rang.

Niet God, maar zijn grondpersoneel regelde het zo. Het ging door tot in de dood. Iemand die op het sterfbed zijn testament wijzigde ten gunste van de kerk - de laatste sacramenten toedienen, noemden ze dat geloof ik - kreeg een praalgraf. Behoeftige sukkels wachtten onder een met onkruid overwoekerd perkje op de Dag des Oordeels.

Nu staan veel koude kerken leeg. Logisch als je zo met je klanten omgaat.

Dan gaan wonderen vanzelf de wereld uit.

Door Bas van der Hoeven