Afbeelding
Illustratie: Trudy Kunz

Column Bas van der Hoeven: Nummers

Column Column Bas van der Hoeven

Zoekend naar een afhaalrestaurant in mijn telefoon scrol ik langs veel namen die inmiddels in steen gebeiteld zijn. Ik realiseer me dat ik deze snel groeiende dodenlijst al twintig jaar meeneem van mobieltje naar mobieltje. Vreemd genoeg stemt dat me niet somber, integendeel. Bij veel namen komen mooie herinneringen boven. De dierbare momenten die we samen beleefden, ik bedenk hoe we elkaars levens verrijkten.

Soms overweeg ik een grote schoonmaakactie. Weg met al die nummers en namen van mensen die nooit meer zullen opnemen. Kom op Bas! Ruimte maken voor nieuwe contacten, weg met het verleden!

Maar dat zou als verraad voelen. Mijn overleden lievelingszus staat in mijn lijst. Dat geeft me het gevoel dat ik haar nog kan bellen. Dat ze me dan voor de zoveelste keer uit de brand helpt of met troostende woorden mijn ziel balsemt. Mijn beste vrienden die vóór hun pensioen aan kanker stierven. Vrienden waarmee ik nog steeds in stilte het glas hef als ik op een terras zit waar ook zij hadden moeten zitten. Waar we sámen zouden hebben gelachen naar en om het leven.

Mijn moeder. Ze heeft nooit een mobieltje gehad, maar haar vaste nummer heb ik veilig opgeslagen. Ik weet nog dat het steeds langer duurde voor ze opnam. Ik zag haar schuifelen naar het toestel met de grote druktoetsen terwijl haar telefoon rinkelde in mijn oor. Ik bedenk ook weleens dat er misschien een tijd komt waarin ook de doden weer opnemen. Straks met 5G, je weet maar nooit. Bij alle andere complottheorieën is deze niet eens zo gek. Wie bel ik dan als eerste?

Mijn vader, om te zeggen dat ik hem nu beter begrijp dan toen hij leefde. Misschien zegt hij dan wel dat ‘t omgekeerd ook zo is. Toch maar even bewaren, die nummers.

Bas van der Hoeven