Afbeelding
Foto: Illustratie: Trudy Kunz

Column Bas van der Hoeven: Mazzelpik

Column Column Bas van der Hoeven

Ik maak deel uit van een gouden generatie. Toen ik werd geboren, was het al zes jaar vrede. De wederopbouw van Europa was in volle gang. Daar merkte ik niets van, mijn twee oudere broers wel. Die werkten vanaf hun veertiende mee aan het nationaal product.

Mijn zes zussen werden klaargestoomd voor het huwelijk. Ze leerden koken, naaien en poetsen en vooral dat ze dienstbaar moesten zijn aan God en de man. Hun levens ontvouwden zich als gekortwiekte vleugels. Ik lag in mijn wieg om aandacht te blèren.

Ik mocht studeren, een voorrecht dat ik als een last beschouwde. Het gevolg was wel dat ik tot mijn 22ste levensjaar niet wist wat een prikklok was. Ik kon me ongebreideld bezighouden met belangrijke dingen als seks, drugs en rock’n’roll. Om heel eerlijk te zeggen, vooral met dat laatste, zeker als je door de pastoor ontraden soloseks buiten beschouwing laat.

Toen de verfrissende vloedgolf van de jaren zestig ook mijn dorp overspoelde, ontwaakte mijn bewustzijn. En mijn liefde voor muziek. Aan dat in vreselijke bombast stervende lied van John Miles klopt wat mij betreft maar één ding: de zin Music was my first love, and it will be my last.

Altijd was er muziek, elke week kwam wel een elpee uit die weer grenzen verlegde. Muziek was en is een trouwe vriendin die me nog altijd vrolijk stemt, me naar de dansvloer leidt, me troost en hoop geeft, elke dag.

In de jaren zestig en zeventig werden de popmuziek en ik volwassen. Nu genieten we samen van onze ouwe dag, minzaam glimlachend naar de jeugd van tegenwoordig die er maar niet in slaagt een eigen geluid te produceren.

Het kan ook zijn dat ik ben blijven hangen in de tijd waarin alles nog mogelijk was. Ik ben een mazzelpik.