Het waterschap graaft bevergangen uit in Dodewaard.
Het waterschap graaft bevergangen uit in Dodewaard. Foto: Waterschap Rivierenland

Waterschap Rivierenland stelt nieuw beverprotocol vast

Algemeen

Balans tussen beschermde diersoort, dijk en sloot

MAAS EN WAAL - De bever doet het goed in het rivierengebied. De beschermde diersoort vormt de kroon op natuur en ecologie in Nederland. Ook in het Land van Maas en Waal rukt de bever op. De graafwerkzaamheden waar het diertje om bekend staat zijn vaak indrukwekkend, maar holen in dijken, en dammen in sloten kunnen leiden tot schade en risico’s. Om daar op een goede manier mee om te gaan, stelt Waterschap Rivierenland een nieuw beverprotocol vast.

Het aantal bevers in Nederland wordt geschat op ruim 3.000. Ongeveer een derde daarvan leeft langs de grote rivieren, waaronder de Maas en de Waal, het werkgebied van Waterschap Rivierenland. Met name de vele uiterwaarden die onze streek rijk is zijn bij uitstek het leefgebied van bevers.

'Regelmatig zien mensen nu bevers. Helaas leidt het ook steeds vaker tot schade of risico’s', aldus een woordvoerster. 'Dijken worden ondergraven en bij dammen in sloten ontstaat wateroverlast. Het is aan ons als waterschap om deze risico’s te beperken. Daarvoor is een nieuw beverprotocol vastgesteld, rekening houdend met de beschermde status.' Het protocol beschrijft de werkwijze en de maatregelen; die beginnen klein en lopen op in impact. Van het verwijderen van vegetatie, tot het uitgraven en dichten van gangen in dijken of het verwijderen van dammen uit sloten. Hoewel het doden van bevers niet wordt uitgesloten, is dit pas een optie wanneer alle alternatieven niet succesvol blijken.

Daarnaast pleit Waterschap Rivierenland er bij Rijkswaterstaat en terreinbeherende organisaties voor om in uiterwaarden hoogwatervluchtplaatsen voor bevers te creëren: begroeide verhogingen in het landschap waar bevers beschutting kunnen zoeken. Een alternatief voor het graven van holen in dijken.