Bas van der Hoeven
Bas van der Hoeven Foto: Bas van der Hoeven

Column Bas van der Hoeven

Column Column Bas van der Hoeven

Kwetsbaar

Ik reikte om iets van tafel te pakken en er klikte iets in mijn nek. Het klonk alsof de ontspanner van een fototoestel werd geactiveerd. Ik trok mijn hoofd tussen mijn schouders en draaide mijn hals langzaam van links naar rechts. Dat deed geen pijn, dus ging ik verder met de klus waarmee ik bezig was.

Die nacht werd ik wakker, tilde mijn hoofd van het kussen en voelde een vlammende pijn. Alsof iemand scheermesjes tussen mijn nekwervels wrikte. Ik ging langzaam weer liggen, maar de pijn bleef.

Wat nu? Ver na middernacht, helemaal alleen, en maar één strip paracetamol in huis. Ik spoelde twee pillen weg met water en kroop weer terug in bed.

Ik voelde me kwetsbaar als een baby. Voor het eerst ondervond ik de gevaren van het alleen wonen. Voordat de hulpdiensten deze buitenpost van de beschaving bereikt hadden, zou ik het loodje hebben gelegd.

Dit was de straf van God. Voor de musical 'Leste Snert' schreef ik een lied waarin het refrein voorkomt:
Gerrit van d'n dokter
Die heej un raor gebrek
As ie un moi meidje ziet
krègt ie-un stijve... nek

Voor die ongein moest ik nu boeten. Ik, onnozele hals, had mezelf genekt door het noodlot te tarten. Ik nam nog twee pillen, de pijn werd alleen maar erger. In wanhoop belde ik mijn Haagse Hopje die in Ingen bivakkeerde. "Schat, ik kom meteen naar je toe", riep ze. Daarna belde ik de noodarts die ibuprofen voorschreef, af te halen in Nijmegen. Dat deed mijn vriendin, diep in de nacht.

Inmiddels kan ik weer liggend slapen. Waarschijnlijk versleten kraakbeen, oordeelde de huisarts. Niks aan te doen, gewoon rekening houden met mijn toenemende fragiliteit. Drie dingen heb ik geleerd:
Spot niet met gebreken.
Oud worden sucks.
Koester je geliefde.