Afbeelding
Foto: pixabay

Saar van Zagten

Algemeen

HET KERSTVERHAAL VAN MAAS EN WAAL

Het had de hele dag gesneeuwd en Maas en Waal lag onder een dikke witte deken die alle geluiden dempte. Het was midden in de nacht en er was geen mens op straat. Het enige teken van leven was het spoor van voetafdrukken in de sneeuw, dat hij nu al urenlang volgde. Zijn adem maakte wolkjes in de koude lucht, terwijl hij hijgend zijn best deed om precies in de voetafdrukken van zijn voorganger te gaan staan. Niemand wist dat hij hier was. Achter de ramen van de huizen flonkerden lichtjes en droomden mensen over morgen. Dan was het kerstmis. Tenminste…

als het nog door ging want er was een raar wezen in het dorp. Het wezen is heel gevaarlijk zijden ze, en een paar mensen hadden het wezen al gezien. Het blijkt dat hij grote scherpe tanden heeft, gevaarlijke en grote klauwen en een super goede neus. Het blijkt namelijk dat hij mensen en dieren zoekt om op te eten.

Vijf uur later. (tijdstip 07:00)
Het eerste kindje werd wakker, het was een meisje van ongeveer 6 jaar. Het meisje wist van het wezen in het dorp dus ze besloot om als eerste te gaan kijken of het wezen er nog was. Ze zeiden namelijk dat het wezen vandaag weg moest zijn. Dus het meisje ging kijken door het vochtige raam maar ze zag niets en hoorde ook niets. Het enige wat het meisje hoorde waren krakende geluiden, de wind en een poes miauwen. Toen werd ze bang van de stilte dus besloot ze de televisie aan te zetten en te gaan kijken.  Ze had haar sok opgehangen dus ging als eerste kijken of er iets in zat.  Er zaten tekenspullen in.  Ze hield heel veel van tekenen.

Een half uur later. (tijdstip 7:30)
Het meisje had geen zin meer om televisie te  kijken want ze keek iets spannends en ze werd daar bang van. Dus besloot ze maar om de televisie uit te zetten. Opeens hoorde ze iets. Ze hoorde de deur. Ze hoorde de deur dicht waaien en ze wist zeker dat er rare geluiden bij haar in huis waren. Ze werd steeds banger en banger en banger….. ze dacht dadelijk zijn het inbrekers of is het toch het wezen. Maar wat ze  vooral dacht was vind mij niet, vind mij niet, vind mij niet…. Ze ging in de kast zitten, de kastdeur stond nog op een kiertje zodat ze er nog doorheen kon kijken. Want dan kon ze zien wie of wat het was. Iets of iemand stond in de gang. Toen ging de tussen deur open. Er kwam een klauw te voorschijn, en grote scherpe tanden. Het was het wezen. Het wezen sloop zacht naar binnen en keek om zich heen het meisje durfde niet meer te kijken, totdat ze de sirene hoorde van de politie en de dieren ambulance. Ze keek naar buiten, het wezen zag de kast bewegen dus sloop er zacht heen. Hij pakte de kastdeur en deed hem open totdat…. hij hoorde dat iemand buiten was de dieren ambulance riep het wezen op want ze wisten dat het meisje in die kast zat. Het wezen kwam naar buiten en rende op de politie en de dieren ambulance af. Maar hij rook iets, het was namelijk rauw vlees. En dat kan geen wezen weerstaan. Het rauwe vlees lag in het busje van de dieren ambulance. Dus hij liep zo het busje in, begon te smikkelen aan het vlees, en had niet in de gaten dat hij opgesloten werd.  De politie ging binnen bij het meisje kijken of alles goed was. Alles was goed met haar. Ze rilde nog een beetje van de schrik. Ze bedankten de politie en de dieren ambulance.  Ze zei: dank u wel dat u mijn leven heeft gered.

Twee weken later. (tijdstip 13:00)
het meisje en haar ouders moesten naar het politie bureau komen. Daar zouden ze hun uitleggen hoe het wezen heet, en of er nog meer van zijn.

Tien minuten later (tijdstip 13:10)
De baas van het politie bureau kwam uit zijn werk kamer. Hij riep het meisje en de ouders en vroeg of ze met hem mee liepen. Ze liepen mee en gingen zitten. De baas zij: hallo ik ben de baas hier, ik heet Piet van de Vogel. Ik zal jullie vertellen hoe het wezen heet en of er nog meer van deze soort zijn. Nou als eerst, we zijn er achter gekomen hoe het dier heet. Hij heet Benzamia. Dat is een Engelse naam. En er zijn gelukkig niet meerdere van deze soort. Dus jullie kunnen vandaag weer lekker kerst gaan vieren. Even later ging het sneeuwen. Iedereen was weer buiten een sneeuwpop aan het maken en de lampjes van de kerstbomen gingen weer aan. Niemand was nog bang buiten op straat. Iedereen had het naar zijn zin.

Kerstmis was nog nooit zo mooi en fijn als nu.