Overval door struikrovers, Jan van Huchtenburg, 1657 – 1733, Rijksmuseum
Overval door struikrovers, Jan van Huchtenburg, 1657 – 1733, Rijksmuseum Foto: archief Rijksmuseum

Het Verhaal tussen Maas en Waal

Algemeen

MAAS EN WAAL - Tijdens Open Monumentendagen op 11, 12 en 13 september wordt het Verhaal tussen Maas en Waal gelanceerd. Het verhaal is de canon van de regio, en vertelt hoe bewoners al eeuwenlang leven tussen de twee rivieren. De canon omvat meer dan 50 hoofdstukken, vensters genoemd. Het verhaal volgt drie lijnen – landschap, economie en macht – vanaf de geologische geschiedenis van het gebied tot nu met een kijkje in de toekomst. Eén van die verhalen gaat over 'Swartmaakers' die het land tussen Maas en Waal terroriseren.

'Aan het eind van de zeventiende en het begin van de achttiende eeuw gaat het niet goed met de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Sommige gebieden worden extra getroffen. Dat geldt zeker voor het Land Tussen Maas en Waal. Boeren verarmen. Dit is het gevolg van overstromingen en oorlogen.

Een heel belangrijke oorzaak is ook dat de grond in handen komt van grootgrondbezitters die van elders komen. De nieuwe grondbezitters hebben alleen belang bij pacht. De grond versnippert en verslechtert. Een gedeelte van de bevolking criminaliseert.

Goed georganiseerd

Deze bendes ontstaan het eerst in Brabant en Limburg, en worden actief aan het einde van de zeventiende eeuw. Ongeveer in diezelfde tijd ontstaat er een bende in het Land Tussen Maas en Waal, die de Brabantse naam Swartmaakers overneemt. De bendes zijn goed georganiseerd. Dat komt omdat overal de ‘kapiteins’ ex-militairen zijn. Het zijn huursoldaten die niet meer aan het werk komen en rond- zwerven.

Verder bestaan de bendes uit verarmde boeren, marskramers, schoen- lappers, straatmuzikanten en bedelaars. Dat is ook het geval in het Land Tussen Maas en Waal. De leider van de bende hier is een zekere Jan van Son uit Dreumel. Waarschijnlijk is hij een ex-soldaat. Zijn schuilnaam is zeer toepasselijk ‘Uylenspieghel’. Er zijn ook vrouwen bij: Geertje Wolters, een debiele zwerfster, een zekere Dorothé, die waarzegster is, en Jannige die met borstels vent.

Brandbrief

Ze gaan, na eerst het gezicht met houtskool zwart te hebben gemaakt, op pad. Het doel kan verschillend zijn. Soms overvallen ze reizigers. Meestal plegen ze overvallen op afgelegen landhuizen of boerderijen. Daar schuiven ze dan wel eerst nog een zogenaamde ‘brandbrief’ onder de deur door. Zo proberen de bandieten de eigenaar te vermurwen tot betalen. Doet hij dat niet, dan steken ze zijn landhuis of de boerderij in brand. Onder andere in Puiflijk worden twee boerderijen in brand gestoken. Uiteindelijk wordt de bende ontmaskerd, doordat een van de leden wordt opgepakt.

Hoe men dat voor elkaar kreeg, en wat er daarna met de bendeleden gebeurde, is te lezen op de website: www.verhaaltussenmaasenwaal.nl.