Afbeelding
Eigen foto

Op toer met de Troubadour (4)

Algemeen

Met haar scooter en gitaar trekt Lucy van de Geijn door het Maas en Waalse land. Ze is troubadour, of zoals het vroeger wel werd genoemd, minstreel. Met liedjes in het dialect, over het dagelijks leven, weet ze onderweg mensen te raken. Ze heeft veel indrukwekkende ontmoetingen, waarbij mensen plezier hebben of hun verdriet uiten. De Maas & Waler toert deze zomer met haar mee.

BENEDEN-LEEUWEN - Vandaag heeft troubadour Lucy van de Geijn, West Maas en Waal op haar agenda staan. In de Zandstraat in Beneden-Leeuwen stopt ze plotseling als ze een groot aantal Zündapps, Kreidlers en Puchs ziet staan glimmen. 'Waar brommers zijn, zijn meestal ook de jongens. Kom, we gaan even kijken of er nog een paar willen gaan 'brommer kieken' met ons,' gniffelt ze.

De jongens van 'brommerclub Lauwe' verzamelen zich bij hun clubhuis, op het erf van Jan Elemans, drinken koffie en bespreken het programma voor de komende dag. Ze staan, als jongens onder elkaar, te popelen om te vertrekken. Lucy laat zich niet afremmen en vertelt zingend, dat Maos en Waol veraenderd is. Iedereen gniffelt als ze hun voorvaders de pruimtabak over de sloot laat spiertsen.

Voor de gelegenheid maakt Lucy van het Solexlied een Zündapp-lied, maar het is lastig om dat zomaar te doen. Want als ze zingt dat ze vijftig kilometer met een liter benzine uit kon, wordt ze lachend gecorrigeerd: 'nou maak daar maar vijfentwintig van.' Dan, eindelijk kunnen de brommers starten en de jongens vertrekken richting Noord-Brabant. En Lucy stapt op haar scooter om te kijken of er op de dijk nog wat te beleven valt.

Als ze daar is geïnstalleerd krijgt ze gezelschap van een paar vrouwen. Zij krijgen uiteraard in geuren en kleuren het verhaal te horen, van de ontmoeting met de jongens en hun aandacht voor de brommers in plaats van voor het vrouwelijk schoon. Als vrouwen onder elkaar worden de bezigheden (en eigenaardigheden) van de mannen uitgebreid besproken. Op het moment dat Lucy vertelt dat haar Joop, duivenmelker is, begint een vrouw te grinniken. 'Mijn schoonvader had ook duiven,' vertelt ze. 'Nadat de beste man was overleden, hebben wij alles opgeruimd. Toen ik in een van de hokken een dood dier zag liggen riep ik: 'Gatver Harrie kom snel kijken, hier ligt een dood konijn.' Harrie kwam aangesneld, schudde met zijn hoofd en merkte droog op: 'Dat mag in de krant, want ik heb nog nooit een konijn met een vlooienbandje gezien.'

Door Elly Hagen