Ton van Hulst.
Ton van Hulst. Foto: John van Gelder

Ton van Hulst debuteert met streekroman 'De Queeste van Puiflijk'

Algemeen

PUIFLIJK - In 1732 reist de bekende tekenaar en schilder Cornelis Pronk naar 'Puffelik', zoals Puiflijk indertijd geschreven werd. Hij schetste er het gezicht op de toenmalige kerk. Deze werkelijke gebeurtenis vormde de inspiratie voor de onlangs verschenen streekroman van de debuterende schrijver Ton van Hulst. 'De Queeste van Puiflijk' is een meeslepend boek, doorspekt met oude teksten en passages in het streekdialect, vergezeld van illustraties van de hand van hoofdpersoon Pronk en Van Hulst zelf.

Als de Amsterdamse Pronk op een dag rondzwerft rondom de Puiflijkse kerk vindt hij een opmerkelijke steen, met daarachter een stuk perkament. Wanneer hij zijn vondst goed onder de loep neemt ontdekt hij cryptische aanwijzingen die leiden naar een verborgen kerkschat. Hij besluit de voorwerpen op te sporen. Ondertussen valt hij voor de charmes van de Puiflijkse Anna, die woont in de Taveerne waar Cornelis verblijft.

Schrijfproces
In 2008 maakte Van Hulst zijn eerste aantekeningen voor het boek. Om precies te zijn met een drietal trefwoorden. Vast stond dat het verhaal moest gaan over Puiflijk, geschiedenis en kunst. Drie fascinaties van de schrijver. Pas vorig jaar vertaalden zijn fantasieën zich in een pakkend verhaal. 'Het schrijfproces heeft mij ontzettend geboeid', vertelt Ton. 'Als voormalig docent Nederlands, Engels en Duits heeft taal mij altijd goed gelegen. Het schrijven van een boek was dan ook een lang gekoesterde droom. Er waren dagen bij dat ik slechts wat woordjes op papier zette, waar ik op andere momenten pagina's vol schreef. Soms kreeg ik tijdens een wandeling over de dijk spontaan een ingeving over het verloop van het verhaal.'

Puiflijk
Als nazaat van een bekende bakkersfamilie heeft de Boven-Leeuwenaar zich altijd tot Puiflijk aangetrokken gevoeld. Hoewel hij er zelf nooit woonde voelt Van Hulst zich sterk met het geboortedorp van zijn ouders verbonden. 'Van de kerk die centraal staat in mijn verhaal, vormen de overblijfselen - beter bekend als 'de Oude Toren' - nog steeds het iconische middelpunt van het dorp. De Taveerne, waarin de hoofdpersoon van mijn boek verblijft, is geïnspireerd door Huize 't Punt, dat daadwerkelijk tegenover de oude toren gelegen is. Het café van de familie Mulders komt eveneens aan bod.' In het boek is ook een rol weggelegd voor een aantal markante dorpsfiguren die, geanonimiseerd, terugkomen in het verhaal. 'Wie dat zijn dat verklap ik niet, maar de oplettende lezer kan hun namen ontrafelen', onthult Van Hulst.

Streek
Naast Puiflijk neemt Cornelis Pronk lezers van het verhaal, in zijn zoektocht naar de kerkschatten, mee op een struintocht door Afferden, Druten, Boven-Leeuwen en Horssen, alwaar hij onder andere een graf opgraaft.

Opmerkelijk slot
Pronk besluit op zekere dag terug te keren naar Amsterdam om zijn tekeningen uit te laten geven. Hij is dan vastberaden zich met 'zijn Anna' op het Puiflijkse platteland te vestigen. Dan gaat het verhaal verder in 2016, wanneer een restaurator van een streekmuseum de opdracht krijgt een schilderij van Pronk te restaureren. Op zijn beurt ontdekt hij op dat schilderij aanwijzingen van Pronk die duiden op het laatste deel van de verborgen kerkschat. Hij besluit de zoektocht van Pronk voort te zetten en brengt de kerkschatten weer bijeen. 'Een boek dat je niet zomaar weglegt', verzekert van Hulst.

De Queeste van Puiflijk is verkrijgbaar bij Bruna Druten, via boekscout.nl of te bestellen in iedere boekwinkel onder het ISBN-nummer 978-94-0222-982-0.

Door Ruben Schiks